Wat is bloemstijl in 17e eeuws zilver?

:)
Door de aanvoer van exotische gewassen kreeg men in de 17de eeuw in de Lage Landen kennis van en appreciatie voor bloemsoorten, die wij nu als typisch Nederlands beschouwen. De liefde voor de tulp ging zelfs zo ver dat er een ware tulpenmanie ontstond, waarbij aanzienlijke bedragen geboden werden voor een enkele tulpenbol.

Aan de universiteiten werd het vak botanie onderwezen, waarvan de Hortus Botanicus in diverse steden nog een tastbaar overblijfsel is. Ook rijke kooplieden gingen op hun buitens experimenteren met het kweken van bijzondere bloemen en planten. Zo werd Agnes Block, voormalig bewoonsters van de buitenplaats “Vijverhof” in Breukelen, als de Bataafse Flora, geroemd en bezongen door dichter Joost van den Vondel.

Op het gebied van de schilderkunst gingen sommige schilders zich toeleggen op het vervaardigen van bloemstillevens, om zo de vergankelijke en kostbare soorten te vereeuwigen voor de opdrachtgevers. Rond het midden van de 17de eeuw begonnen ook zilversmeden bloemversieringen te drijven in door hen vervaardigde zilveren voorwerpen. Dikwijls werden door deze meesters met nauwkeurige precisie d.m.v. een ciseleerhamer diverse soorten bloemen, bloemknoppen en bladwerk aangebracht, naar voorbeelden op schilderijen, tekeningen of grafiek. Deze zogenoemde ‘bloemstijl’ in zilver beleefde zijn hoogtepunt rond 1680 en liep door tot het einde van de 17de eeuw.

Een paar mooie voorbeelden van deze bloemstijl in de collectie Jacob J,. Roosjen, SRI® zijn een groot diabolo-vormig zilveren zoutvat en een verguld zilveren sierschotel. Hier is sprake van ‘flower power’ avant la lettre! 
Afbeelding: Verguld zilveren sierschotel, Pieter van Laer, Zwolle, 1693